Klik om naar een bepaald onderwerp te gaan of scroll naar beneden voor het volledige artikel.

Het eerste levensjaar van jouw hond is erg belangrijk. Tijdens dit jaar wordt de basis voor zijn latere gedrag gelegd. De gewoonte die een pup tijdens zijn eerste levensjaar aanleert en de ervaringen die hij tijdens deze cruciale periode meemaakt, hebben zowel een invloed op zijn karakter als op zijn gedrag als volwassen hond.

SOCIALISATIE

De pup moet de wereld waarin hij leeft, leren kennen en heel veel verschillende ervaringen opdoen. Daarom moet je een pup aan meerdere prikkels blootstellen en hem in verschillende omgevingen iets laten beleven. Dit betekent dat je als eigenaar het eerste jaar heel wat werk voor de boeg hebt. Maar het loont! Geef je pup wel de tijd om eerst rustig te wennen aan zijn nieuwe omgeving en zijn nieuwe baasjes voordat je allerlei uitstapjes onderneemt. Ook is het belangrijk dat de nieuwe indrukken verwerkt kunnen worden, plan dus niet te veel nieuwe dingen tegelijk.


ZIJN PLEKJE
Voordat je pup in huis komt, kan je het beste samen met de andere gezinsleden bepalen waar je hond mag komen en waar niet. Geef je pup een eigen plaatsje. Bij voorkeur een rustig plekje maar niet afgezonderd van het gezin. Zorg er ook voor dat de kinderen begrijpen dat deze plek het domein van de hond is en dat ze hem daar niet mogen storen.

We raden aan om een bench gebruiken. De pup heeft zo een eigen plek en kan hier rusten en slapen. Respecteer zijn privacy en beschouw de plek als het domein van de pup. Trek hem niet uit zijn mand of bench maar roep hem om naar je toe te komen. Leg op zijn plek een lapje of knuffel neer uit het nest. Zorg ervoor gemakkelijk te wassen spullen voor de eerste weken om in de bench te leggen. Het is de bedoeling dat de pup zijn bench als iets leuks en veilig beschouwt. Bestraf hem daarom niet door hem in zijn bench te zetten! Om een ‘bench’ leuk te maken, leg je er een veilig speeltje in en geef je de pup ook zijn eten in de bench. Laat de deur van de bench openstaan als er een familielid thuis is, de pup kan dan zelf zijn plekje opzoeken.


AFSPRAKEN
Het is de bedoeling dat iedereen zich zoveel mogelijk aan dezelfde regels houdt. Als hij van de een iets wel mag en dat wordt door een ander familielid bestraft, raakt de pup in de war. Consequent en duidelijk zijn is belangrijk. Spreek ook samen af welke korte, duidelijke commando’s je zult gebruiken om de pup op te voeden. Commando’s worden op een gewone manier gezegd en niet geroepen. Als je pup fout gedrag vertoont, zeg dan ‘nee’ of ‘foei’ met een lage stem, zonder te schreeuwen en leid hem af met een speeltje.


VEILIGHEID
Om te zien of er geen elektriciteitsdraden of giftige stoffen in bereik van de pup liggen, kan je eens op handen en voeten door zijn nieuwe gebied een controle uitvoeren.


SPULLETJES VOOR DE PUP
Eet- en drinkbakken: wij gebruiken zelf roestvrijstalen bakken: de pup kan ze niet stuk buiten en ze zijn goed schoon te maken. Een middelmaat formaat is voor een toller groot genoeg. Leg ook wat speeltjes klaar. Niet te klein zodat de pup het speeltje niet kan inslikken en van een goede kwaliteit zodat er geen stukken kunnen worden afgebeten. Een aanrader is het speelgoed van het merk Kong of de Hurley van Zogoflex, wat duurder in aanschaf maar het gaat jaren mee.

Pas op met kauwstaven/botten van buffelhuid die zacht worden als erop wordt gekauwd. De kauwstaaf wordt glibberig en de pup kan een te groot stuk inslikken. Dit kan leiden tot een blokkade van het darmstelsel, met dodelijke afloop! En laat pups en volwassen honden nooit met stokken spelen. De splinters kunnen voor ontstekingen zorgen in de darmen en bij het gooien van een stok bestaat het risico dat de stok in de keel schiet. Dit levert akelige verwondingen op. Zorg voor een zachte halsband die gemakkelijk vergroot kan worden want je pup zal snel groeien. Een rollijn of zgn. flexi is niet geschikt voor een pup.


AUTORIT NAAR ZIJN NIEUWE HUIS

De autorit naar je huis moet niet te lang duren, mocht dat toch het geval zijn, stop dan een keer om je pup er even uit te laten, misschien moet hij wel zijn behoefte doen. Neem wat water mee en keukenpapier en een zakje voor als er een ongelukje gebeurt, je kunt het dan makkelijk opruimen. Je kunt de pup het beste vervoeren in een doos op de achterbank, uiteraard moet er dan iemand naast zitten.


DE EERSTE STAPPEN IN HET HUIS VAN ZIJN NIEUWE BAAS
Laat de pup eerst zijn eigen plekje zien. Leid hem daarna naar de plek waar je wenst dat hij zijn behoefte zal gaan doen. Misschien heb je al de eerste keer geluk dat hij ‘iets’ op de plek doet. Vergeet dan niet om hem uitbundig te prijzen met een hoge stem. Laat hem vervolgens de rest van de woning besnuffelen. Pas op voor gevaarlijke plekken zoals trappen. Laat een toller het eerste jaar zeker geen trappen lopen; dit is slecht voor de gewrichten. Omdat het reizen naar zijn nieuwe huis hem moe maakte en hij zijn moeder en nestgenootjes mist, zal hij snel in slaap vallen. Leg hem dan op zijn ‘eigen’ plekje.


HOE JE EEN PUP OPPAKT
Een pup die je draagt, moet goed ondersteund worden. Plaats daarom een hand onder zijn achterste van de pup en leg je andere hand onder zijn beide oksels en druk hem zachtjes tegen je borst aan. Pak je pup niet te snel op, geef hem vooral de gelegenheid om op ‘eigen benen’ de wereld te ontdekken.


PUP EN KINDEREN
Waarschuw de kinderen dat de pup geen speelgoed is waar je urenlang mee kunt spelen. Hij is jong en moet veel slapen. Zeg hun dat de plek van de hond ‘zijn terrein’ is en dat ze hem daar niet mogen storen. Blijf ook bij de kinderen als ze met de pup spelen. Zo kun je voorkomen dat ze de pup ongewild pijn doen. Anderzijds kun je zo vermijden dat de pup te wilde spelletjes speelt en de kinderen niet goed weten wat te doen om dit te stoppen. Het LICG biedt De Blauwe Hond aan, een interactieve cd-rom aan waarmee kinderen spelenderwijs kunnen leren hoe ze met een hond moeten omgaan.


DE EERSTE NACHTEN
De pup zal zijn moeder en nestgenootjes missen. Een knuffel of speeltje met de geur van het ouderlijke nest zal hem kalmeren, die krijg je mee van ons maar je mag ook een eigen speeltje of deken bij ons achterlaten. We adviseren om de eerste nachten bij je pup te slapen of om de bench in de slaapkamer te zetten. De stress van de overgang naar het nieuwe huis is zo minder groot. Het is een achterhaald idee dat je de pup moet laten piepen de eerste nachten. Het enige wat dit oplevert zijn oververmoeide baasjes en een pup met niet in het ritme komt.  


ZINDELIJKHEID
Ook hier geldt dat een positieve aanpak de snelste oplossing is om je hond zindelijk te maken. Als de pup buiten een plasje of poepje doet, beloon hem dan uitbundig. Ongelukjes negeer je. Als je zorgt voor een beetje regelmaat in het leven van je pup zal je gauw doorhebben wanneer hij iets moet doen. Momenten dat een pup altijd plast of poept zijn: als hij heeft geslapen en na het eten. Maar ook: als hij druk aan het spelen is maar ineens begint rond te drentelen. Hoe meer tijd je de eerste weken in je pup investeert, des te sneller krijg je hem zindelijk. Het belangrijkste is namelijk om het gedrag te herkennen dat aangeeft dat de pup gaat plassen of poepen. Op die manier kun je nog op tijd naar buiten, doet de pup daar zijn behoefte en wordt hij daarvoor beloond. Als bepaald gedrag succes/beloning oplevert, is dat motiverend voor een hond om dat gedrag vaker te laten zien.


SPELEN
Spelen is uitermate belangrijk. Het versterkt de band tussen baas en hond. Belangrijk om te vermelden is dat het initiatief om te spelen van de eigenaar komt en niet van de pup. Dit is een manier om te zeggen: ik ben de baas en ik beslis hier. De baas beslist ook wanneer het spel stopt, niet de hond. Maar het is vooral belangrijk dat spelen plezierig is.


BIJTEN
Vergeet niet dat die kleine, lieve pup later groot en sterk wordt met sterke tanden en flinke kaken. Zorg er daarom voor dat hij vanaf het begin leert dat bijten niet mag. Een moederhond laat een pup ook maar tot een bepaalde grens gaan. De pup leert van zijn moeder en nestgenootjes dat bijten pijn kan doen. De moederhond zal grommen als de pups haar pijn doen. Pups hebben vlijmscherpe melktandjes. Al spelend zullen ze elkaar bijten. Als een pup te hard gebeten wordt, zal hij hard piepen, dit doet de bijtende pup schrikken en zo zal hij ophouden met bijten. Dus als een jonge pup je bijt, roep je hard ‘au’ of ‘nee’. Als hij stopt, beloon je dit met aandacht of een spelletje. Als de pup wat ouder is, helpt dit niet meer zo goed. Als een oudere pup je in de vingers bijt, kun je stoppen met spelen. Zo leert de pup om bijten onder controle te houden en weet hij wanneer hij te ver is gegaan en moet stoppen. Leid hem daarna af met een leuk speeltje.


VROEG GELEERD IS OUD GEDAAN
Op de leeftijd dat je een pup normaliter in huis haalt leert de hond razendsnel. Als je ziet dat de hond gaat zitten, geef je op dat moment het commando zit. Als je dit een paar keer herhaalt, zal je hond gaan zitten zonder dat je hem dit hebt moeten aanleren. Dit geldt voor vele andere commando’s zoals: komen, liggen enzovoorts. Belangrijk is dat het voor een pup altijd ongedwongen moet gebeuren. Commando’s geef je met een neutrale stem; prijzen en belonen doe je met een hoge stem en bestraffen met een zware stem.


DE EERSTE WANDELING AAN DE LIJN
Voor sommige pups is wandelen aan de lijn een hele opgave. De pup zet zich schrap en weigert vooruit te gaan. Houd echter vol. Ga op een afstand van de hond staan, buig door je knieën en spoor je hond aan om naar je toe te komen. Beloon hem met lieve woordjes of wat lekkers. Tip: doe de halsband al vanaf de eerste dag een paar uurtjes per dag aan zodat de pup er aan kan wennen.

Wandel niet te lang; een vuistregel is dat de wandeling net zoveel minuten mag duren als het aantal weken dat hij oud is. Met een pup van 10 weken wandel je dus per keer max. 10 minuten.


VACHT- EN GEBITSVERZORGING
Ook een zachte borstel en kam zijn nodig. Je moet vanaf het begin je pup leren dat verzorging ook een deel van zijn leven zal uitmaken. Ook al is borstelen nog niet direct nodig, als je er jong mee begint is je pup er later aan gewend. Hetzelfde geldt voor gebitsverzorging. Wen je pup eraan dat je met een vinger in zijn bekje kunt komen. Tandenpoetsen is met een melkgebit niet nodig maar je kunt al wel oefenen. Na het wisselen kun je het gebit schoonhouden met een tandenborstel plus evt. hondentandpasta maar een gaasje om de vinger werkt ook prima.


VOEDING
Je krijgt een kilo Cavom-puppyvoer mee van ons. Gebruik hetzelfde voer in ieder geval gedurende de eerste dagen. Wens je over te stappen naar een ander puppyvoer, meng de Cavom dan met kleine beetjes met het andere voer. Kies in ieder geval voer van een goede kwaliteit en blijf minstens de eerste 6 maanden puppyvoer geven.

Vroeger werd geadviseerd om regelmatig het eten weer af te pakken. Zo zou de hond leren dat de baas altijd bij de voerbak kan komen. Deze manier is achterhaald want juist op die manier leer je de hond dat hij zijn eten moet gaan verdedigen. Het kan immers op ieder moment weer afgenomen worden. In plaats daarvan begin je met een kleine portie voer en gooi je tijdens het eten een paar brokjes extra in de bak. Zo wordt het een positieve ervaring: de hand van de baas betekent extra voer!


GEZONDHEID
Op de site van de rasvereniging (www.tollertales.nl) staat onder het kopje Gezondheid veel informatie over gezondheidsproblemen bij de tollers. We adviseren u om daar kennis van te nemen. Eén van die gezondheidsproblemen is AM. Bij tollers komt vaker dan gemiddeld AM voor. AM is de afkorting van aseptische meningitis. Het betekent dat de hond een hersenvliesontsteking heeft, die niet wordt veroorzaakt door een bacterie of virus. Hoe sneller de hond wordt behandeld, des te groter zijn de genezingskansen. Daarom is het belangrijk dat AM snel wordt herkend.


SYMPTOMEN AM
De ziekte ontwikkelt zich meestal op jonge leeftijd, zo tussen 4 en 12 maanden. Een hond met AM heeft vaak koorts (niet noodzakelijk), een stijve nek en rug, is minder beweeglijk en is overgevoelig voor aanrakingen. De hond heeft verder vaak een typische houding waarbij ze de kop laag houden en de kop zo min mogelijk bewegen. Bij het lopen worden de poten heel voorzichtig neergezet, alsof de hond ‘op eieren loopt’. Een hond met AM is in het algemeen behoorlijk ziek en lusteloos.

Als uw toller deze symptomen heeft, ga dan zo snel mogelijk naar de dierenarts en attendeer hem/haar op de aanwezigheid van deze ziekte in het ras. Op de site van de rasvereniging (www.tollertales.nl) staat informatie die specifiek is bedoeld voor dierenartsen. Het is niet bekend hoe AM vererft, maar algemeen wordt aangenomen dat er een erfelijke factor is. Daarom is het belangrijk dat u de fokker informeert als de dierenarts AM vaststelt.


ONTWORMEN EN VACCINEREN
Voor pups schrijft men voor: ontwormen op de leeftijd van 2-4-6-8 weken en 4, 6, 8 maanden. Voor volwassen honden 1 a 2 maal per jaar. Komt je hond in een park waar honderden honden lopen is het besmettingsgevaar groot. In een landelijk gebied komt nieuwe besmetting minder snel voor.

Vaccineer met mate. In ieder geval nooit tegelijk met een ontworming en niet meerdere vaccinaties tegelijk (bijv. cocktail en rabiës tegelijk). Laat ook nooit vaccineren als uw hond niet fit is. Van tollers wordt gezegd dat entstof van het merk Vanguard een allergische reactie kan geven. Wij hebben zelf goede ervaringen met Nobivac.


CASTREREN/STERILISEREN
Wij zijn er geen voorstander van om een hond standaard te castreren of steriliseren. Helaas zijn er nog steeds dierenartsen die dit adviseren. Recente onderzoeken hebben aangetoond dat castratie en sterilisatie het risico op bepaalde vormen van kanker vergroot. Daarnaast kan het gedrag worden versterkt. Een onzekere hond wordt bijv. nog onzekerder en een felle hond nog feller. Verder lopen teefjes het risico om incontinent te worden en wordt de vacht na castratie/sterilisatie dof en pluizig. Natuurlijk kan er een medische reden zijn om een hond te laten castreren of steriliseren. Maar het zou wat ons betreft geen standaard ingreep moeten zijn.


VRAGEN?
Wij zijn altijd bereid om vragen te beantwoorden: via e-mail of telefoon. Vragen zijn nooit dom! Bovendien blijven we graag op de hoogte van het wel en wee van onze pups.